Kerstversiering
19 december 2025 
3 min. leestijd

Kerstversiering

Zo, hij staat er weer mooi bij, onze kerstboom. Het is een echte. Dit jaar allerlei witte, zilveren en rode versiering. Daar horen ook vogeltjes bij. Na wat graven in dozen op zolder vind ik wat glinsterende rode fantasievogels. Top, die kunnen zo de boom in.

Wat ziet het er weer gezellig uit en toch piept er een klein ontevreden stemmetje in m’n hoofd: ‘Wat zonde van die prachtige boom, die er jaren over heeft gedaan om zo groot te worden. En die ornamenten, die zijn eigenlijk tè kitsch voor woorden.’




Hoe anders is het wanneer ik buiten in het bos loop. Het gepiep dat ik dan hoor is niet dat zeurstemmetje, maar een orkest van ieniemienie-kleine vogeltjes die druk van de ene dennentak naar de andere huppen.

Goudhaantjes! De kleinste vogeltjes van Europa. Ze zien er wonderschoon uit met een mosgroen rugje en zwarte kraaloogjes. Als ze je recht aankijken lijken ze altijd een beetje teleurgesteld door de schuin aflopende zwarte strepen aan weerszijden van de puntige snavel. Hun felgele kuifjes met zwarte zijstrepen zijn net kerstlichtjes. De mannetjes hebben zelfs als extraatje een oranje veeg door hun kuif.


Jarenlang heb ik dat gepiep in de bomen, vooral dennen en sparren wel gehoord, maar pas tijdens mijn eerste excursie met Adriaan kwam ik erachter dat het geen pimpelmezen waren, maar de geweldige goudhaantjes, die vaak dan wel weer samen met die pimpels een groepje vormen. Als je ze eenmaal gezien hebt, dan kan je ze niet meer missen. Ze zitten ook gewoon in onze tuin en stadsparken. Nou ja, in de herfst en winter dan vooral.


Elk jaar overwinteren er bijna een half miljoen en al die beestje moeten eten. Veel eten. In een artikel op de site van de vogelbescherming (Ken je de Sint-Maartenvogel, Jeanet van Zoelen) las ik dat ze in een nacht wel 10 tot 20 procent van hun lichaamsgewicht verliezen. Dat moeten ze dus allemaal op de dag weer op pijl brengen. Een en al oog voor eten dus en daardoor minder schuw en makkelijker te spotten. Het is een heerlijk gezicht om ze door bomen te zien fladderen. Soms zie je er eentje stil hangen voor een dennentak.

Vuurgoudhaantje

Maar wacht eens… In mijn kijker zie ik ook een andere variant: ook zo klein en ook met zo’n gele kruinstreep, maar overduidelijk met meer wit in het gezichtje en met een zwart boevenmasker (oogstreep). Als deze je recht aankijkt lijkt hij (of zij) niet teleurgesteld maar eerder boos: ‘HEEEE Ik ben geen goudhaan maar een VUURgoudhaan – begrepen!’. ‘O, sorry hoor’ denk ik dan ‘je bent gewoon de overtreffende-trap-goudhaan, jullie kunnen best samen Shinen in de den.’


Opeens weet ik wat ik volgend jaar ga doen met onze kerstboom. Volgend jaar wordt het een kleine boom met kluit die ik in een kuip in de tuin kan zetten. In december kan de boom een paar weken versiert binnen staan. De rest van het jaar, in de tuin, heeft de boom de perfecte decoratie van goudhaantjes en vuurgoudhaantje. Dat is mijn kerstdroom!

Een Vuurgoudhaantje tijdens een excursie bij Vogelringstation Ooijse Graaf

Over de schrijver
Arian Jacobs is een vrolijke bioloog die nu werkzaam is in de IT. Eigenlijk is ze het liefst dagelijks buiten is om te genieten van de natuur. Wandelen, fietsen en vogels kijken en fotograferen doet ze het liefst. Extra blij wordt ze als ze vogels ziet smullen van stadsplanten. Als ze thuiskomt moeten anderen om haar heen de verhalen aanhoren. Ze deelt haar verwondering en haar foto’s op Bluesky met als doel om ook anderen enthousiast te maken over vogels. Natuur is overal.Bluesky: arianjacobs.bsky.social
Reactie plaatsen