Heggenmus Dunnock

Heggenmus – meer dan een grijze tuinvogel

De Heggenmus is een van de meest over het hoofd geziene tuinvogels in Nederland. Op het eerste gezicht lijkt het een grijsbruin vogeltje zonder opvallende kenmerken. Als een muisje scharrelen ze onder de heg over de grond. Toch heeft deze soort een boeiend gedrag, vooral tijdens het broedseizoen. Het is een echte sluiper die laag bij de grond leeft en zelden in de openheid verschijnt. De zang is helder en metalig te noemen. Het wordt vaak omschreven als een piepend wiellje van een kabouter kruiwagentje. Ze beginnen vaak al eind december met zingen. Heggenmussen zijn solitaire vogels buiten het broedseizoen, maar in de lente ontvouwt zich een complexe wereld van meervoudige paringssystemen.

Een Heggenmus zit op een tak met grijzige borst en bruin gestreepte rug duidelijk zichtbaar – typische houding tijdens het zoeken naar insecten op de bodem.Herkenning

De Heggenmus lijkt qua kleur op een vrouwtje Huismus, maar is fijner gebouwd met een slankere snavel. De kop en borst zijn leigrijs, de rug is bruin met donkere strepen. Opvallend is het gebrek aan echte ‘tekening’ in het gezicht, wat hem iets ‘vaals’ of neutraals geeft. De poten zijn oranjeroze, en de snavel is dun en puntig: een aanwijzing voor het dieet van insecten en ander klein ongewerveld voedsel. Dat is meteen ook een belangrijk verschil met de Huismus. Die hebben een kegelvormige (dikke) snavel, kenmerkend voor vogels die overwegend zaadeter zijn.  In tegenstelling tot de Huismus zie je bij de Heggenmus geen verschil tussen mannetje en vrouwtje.

Verschil Heggemus en HuismusHeggenmussen (links boven en -onder) en Huismussen (man rechtsonder en vrouw rechtsboven)Heggenmussen zijn ook geen onderdeel van de mussen-familie, maar behoren tot de Heggenmus-achtigen. Voorbeelden van andere Heggenmus-achtigen zijn de Alpenheggenmus en de Bergheggenmus. De Alpenheggenmus komt o.a. voor in de Alpen (verrassend met zo'n naam :-)) en is een zeldzame dwaalgast in Nederland. De Bergheggenmus is ook familie, maar die is superzeldzaam (slechts 1 keer gezien in Nederland). Over die ontdekking staat een mooi verhaal op de website van Dutchbirding (opent in nieuw tabblad).

De Alpenheggenmus komt voor in de AlpenAlpenheggenmus (bron: Pixabay)

Kenmerken op een rij

Wetenschappelijke naam: Prunella modularis
Lengte: 13–14 cm
Vleugelspanwijdte: 19–21 cm
Gewicht: 19–24 gram
Levensverwachting: tot 5 jaar
Zang: helder en metalig, als een piepend wieltje van een kabouterkruiwagen
Wanneer hoor je de zang op de dag?  Een half uur voor zonsopkomst tot late ochtend/begin van de middag
Wanneer hoor je de zang in het jaar? Van eind december tot half juli en daarna een kleine opleving tweede helft september en eerste helft oktober
Voedsel: insecten, spinnen, kleine zaden
Broedperiode: maart – juli
Aantal legsels: 2–3 per jaar
Aantal eieren per legsel: 4–5

Heggenmus man zingend in tuinHeggenmus in mijn tuin (zingend, dus een mannetje)


Aantal broedparen

De Heggenmus komt in heel Nederland voor, vooral in tuinen, parken, hagen, bosranden en heidegebieden. Ze zijn honkvast en verlaten zelden hun territorium. Ook in stedelijke omgevingen weet de soort zich goed te handhaven, zolang er maar struikgewas of dicht begroeide heggen aanwezig zijn. Volgens Sovon waren er in 2018-2020 tussen de 175.000 en 225.000 broedparen in Nederland, wat de soort tot een van de algemenere broedvogels maakt.

Voorkomen van broedvogels (rood is hoogste dichtheid) - bron: Sovon.nl
De populatie van de Heggenmus is in Nederland relatief stabiel, met lichte schommelingen afhankelijk van strenge winters en voedselaanbod. In Europa wordt de soort als veilig beschouwd, met naar schatting 12,7 tot 12,8 miljoen broedparen verspreid over het continent. Klimaatverandering heeft vooralsnog geen duidelijk negatieve impact op de soort, al kunnen lange periodes van droogte wel invloed hebben op het voedselaanbod voor jongen.

Broedvogeltrend Heggenmus in Nederland (bron: Sovon.nl)

De Heggenmus leeft voornamelijk op de grond, waar die stilletjes tussen bladeren scharrelt op zoek naar insecten, wormen en spinnen. In de winter wordt het menu aangevuld met zaden. Het is een discrete vogel, die zelden openlijk voedsel zoekt zoals een Merel dat zou doen.

Paargedrag

Opvallend is het paargedrag. In tegenstelling tot veel andere zangvogels, is de Heggenmus niet monogaam. Er komt zowel polyandrie (één vrouwtje met meerdere mannetjes), polygynie (één mannetje met meerdere vrouwtjes) als monogamie voor. Mannetjes proberen andere mannetjes te weren, maar paringen vinden vaak met meerdere partners plaats, wat leidt tot ingewikkelde ouderlijke verhoudingen bij het voeren van de jongen.

Heggenmus op een struikjeOp een doornige struikje

Voortplantingsgedrag van de Heggenmus – het misverstand van dominee Morris

Wie de Heggenmus oppervlakkig observeert, ziet een bescheiden, onopvallend vogeltje dat zachtjes zingt vanuit de heg. Die ingetogen uitstraling leidde ertoe dat de Victoriaanse dominee Francis Orpen Morris, fervent vogelliefhebber en auteur van natuurboeken, deze soort in de 19e eeuw aanprees als voorbeeld van kuisheid en zedelijkheid. In zijn preken adviseerde hij zijn parochianen zich te gedragen zoals de Heggenmus: trouw, discreet en ingetogen. De vogel leek immers alles te belichamen wat volgens hem deugdzaam was.

Ironisch genoeg weten we tegenwoordig dat het voortplantingsgedrag van de Heggenmus juist tot de meest complexe en vrije binnen de vogelwereld behoort. In tegenstelling tot wat Morris dacht, leeft de soort niet in brave paartjes, maar in een sociaal systeem waarin polyandrie, polygynie en monogamie door elkaar heen voorkomen. Eén vrouwtje kan zich binnen één broedseizoen met meerdere mannetjes paren, en het komt voor dat verschillende mannetjes tegelijk één nest voeren, zonder te weten of ze daadwerkelijk de vader zijn.

De Heggenmus-mannetjes proberen hun vaderschap te ‘verzekeren’ door vlak voor de paring met hun snavel herhaaldelijk op de cloaca van het vrouwtje te tikken. Daarmee proberen ze het sperma van een eerder mannetje uit het lichaam van het vrouwtje te verwijderen. Vervolgens vindt een razendsnelle paring plaats, waarna het mannetje het vrouwtje scherp in de gaten blijft houden om rivalen te weren.

Dit gedrag werd pas in de twintigste eeuw wetenschappelijk ontdekt, onder meer door onderzoekers als Nicholas Davies van de Universiteit van Cambridge. Met DNA-onderzoek werd vastgesteld dat nesten van Heggenmussen vaak jongen bevatten van meerdere vaders. Er zijn verschillende publicaties van Davies over het gedrag van de Heggenmus, o.a. deze op Springer Nature (je hebt wel een account nodig).

De Heggenmus is zo uitgegroeid tot een soort icoon binnen de gedragsbiologie, een voorbeeld van hoe schijn kan bedriegen. Wat ooit gezien werd als toonbeeld van zedigheid, bleek in werkelijkheid een complexe strategie te zijn waarin seksuele vrijheid en evolutionair voordeel hand in hand gaan. Het verhaal van dominee Morris is daarmee niet alleen een komische anekdote, maar ook een les in nederigheid: de natuur volgt haar eigen wetten – los van menselijke moraal.

Een Heggenmus zit laag in een struik, met grijzige borst en bruin gestreepte rug duidelijk zichtbaar – typische houding tijdens het zoeken naar insecten op de bodem.

Broeden

Het broedseizoen begint vroeg, soms al in maart. Het nest wordt door het vrouwtje laag bij de grond gebouwd in een struik of heg. Het is een komvormig nest van mos, gras en haar. Na 12–14 dagen komen de eieren uit, en de jongen worden binnen 11–13 dagen vliegvlug. Er zijn vaak twee tot drie legsels per jaar. Beide geslachten voeren de jongen, maar soms ook meerdere mannetjes als gevolg van het complexe paargedrag.

De Heggenmus verraadt zich het snelst door zijn zang: een triller die je eerder voelt dan hoort, vaak in de vroege ochtend. In het veld zie je de vogel laag door struiken glippen, soms flitsend van de ene naar de andere dekking. In tegenstelling tot de Huismus is de Heggenmus slanker, grijzer en beweegt deze rustiger en schuwer. Let vooral op de leigrijze kop en borst, de fijne spitse snavel, en het feit dat ze nooit in groepen verschijnen.

Heggenmus op takBroedseizoen

De Heggenmus broedt vrijwel overal in Nederland, al zijn ze in het noordoosten iets schaarser. De soort voelt zich vooral thuis in bebouwing met veel groen: tuinen, parken, en groene woonwijken bieden volop nestgelegenheid. Ook boerenland met veel heggen is geliefd, en in bossen broedt de Heggenmus vooral aan de rand of in jonge, dichte aanplant. In de loop van de twintigste eeuw is de soort toegenomen, mede dankzij de uitbreiding van stedelijke gebieden en het groeiende aantal tuinen. De huidige populatie is vrij stabiel, met lichte schommelingen die vaak samenhangen met koudere winters.

Heggenmus

Buiten de broedtijd

In de winter blijven Heggenmussen meestal gewoon in Nederland. Sommige verplaatsen zich naar gebieden waar meer voedsel te vinden is, bijvoorbeeld van voedselarme naar rijkere stedelijke zones. In parken en tuinen van steden zijn ze dan ook verrassend talrijk aanwezig, al blijven ze – zoals altijd – onopvallend. Bij koude winters kan de populatie tijdelijk een dip vertonen. Tijdens de voorjaarstrek, van maart tot half april, passeren ook vogels uit Noord-Europa, maar dat verloopt stilletjes en wordt zelden opgemerkt. Heel anders is dat in het najaar: dan trekken veel meer Heggenmussen door, met name langs de Zeeuwse en Zuid-Hollandse kust en in het zuidoosten van het land. Die najaarstrek concentreert zich in september en oktober, met een piek eind september tot halverwege oktober.

Heggenmus bij water in de tuinHeggenmus bij drinkplek in de tuin (bron: Pixabay)

Voorkomen en verspreiding

Er zijn wereldwijd meerdere ondersoorten van de Heggenmus beschreven, maar in Nederland komt uitsluitend de ondersoort Prunella modularis modularis voor. Deze ondersoort broedt in vrijwel heel Europa en is in Nederland algemeen.

De Heggenmus staat niet op de Rode Lijst en is een algemene broedvogel in Nederland. Toch is behoud van geschikt leefgebied belangrijk. Door het verdwijnen van rommelhoekjes, dicht struikgewas en het overmatig snoeien van heggen in tuinen kunnen broedgelegenheden afnemen. Gelukkig profiteren Heggenmussen van natuurrijk tuinbeheer en de aanleg van wilde hagen in stadsparken.

De Heggenmus zingt soms al midden in de winter, vaak tijdens zonnige dagen. In de Engelse taal heet deze vogel ‘Dunnock’, een naam die verwijst naar het bruine uiterlijk (‘dun’ betekent donkerbruin).

Heggenmus Dunnock vogels kijkenIn het Engels heet de Heggenmus 'Dunnock' (bron: Pixabay)

Wil je de Heggenmus eens zelf in actie zien? 

Kijk dan wat vaker je tuin in. Of ga op pad in een park of tuin met veel struiken, luister naar de zachte triller en let goed op beweging in de onderste takkenlagen. En vergeet niet: een beetje rommelhoekje in je tuin kan zomaar een broedplek opleveren!

🕊️ Heb jij een mooie foto van een Heggenmus of zie je ze vaak in je tuin? Stuur je bijdrage in voor de kennisbank van Vogelwachter Adriaan!

Bron: Elvira Werkman & Maxime Beek, Vogels en de liefde (2023), Sovon.nl en natuurpunt.be. Foto's: Adriaan Sleeuwenhoek en Pixabay.

Reactie plaatsen